Achtergrond

Zes dilemma’s – deel 2: Wat wordt de functie van de dierhouderij in Nederland?

We leven in Nederland nu met 100 miljoen kippen, ruim 11 miljoen varkens, bijna 4 miljoen runderen, 850.000 schapen en 480.000 geiten op een relatief klein oppervlak. Deze veestapel is mogelijk door de import van veevoer(grondstoffen) en grote hoeveelheden reststomen uit de levensmiddelenindustrie.

Dit heeft een grote impact op mens, klimaat, milieu en biodiversiteit. De vraag is: wat beogen we met onze veehouderij en welke omvang hoort daarbij? Blijven we met onze veehouderij inspelen op de Europese en wereldwijde vraag naar hoogwaardige dierlijke eiwitten of kiezen we ervoor om onze dieren louter nog te voeren met grondstoffen die niet direct door mensen kunnen worden gegeten, zoals gras, reststromen en bijproducten?

Zonder verdere sturing zal de wereldwijde vraag naar dierlijke eiwitten de komende decennia vermoedelijk toenemen, waardoor het beslag op landbouwgrond en water voor de teelt van voedergrondstoffen als soja, mais en graan alleen maar dreigt toe te nemen. Dit landbouwareaal kan ook direct worden benut voor humane voedselproductie, waardoor de negatieve impact op klimaat, biodiversiteit en milieu kan worden verminderd. Bovendien vergroten hoge dichtheden vee in de buurt van mensen het risico op ziekten. Tegelijkertijd kan de veehouderij een positieve rol spelen in het onderhoud van landschap en natuur en zo bijdragen aan biodiversiteit en klimaatadaptatie.

Nederland kan ervoor kiezen om een belangrijk exportland van dierlijke eiwitten te blijven. In dat geval blijft de grote import van voedergrondstoffen en de grote veestapel en forse mestproductie. Om de impact op klimaat en biodiversiteit te verminderen, zijn dan vergaande investeringen in nieuwe technologie nodig, maar het effect daarvan valt in de praktijk vaak tegen en verhoogt de kostprijs verder. Bovendien blijft in deze variant de kans op dierziekten groot, zoals de recente uitbraken van vogelgriep en blauwtong bewijzen.

Een alternatieve circulaire visie gaat uit van de beschikbare voedergrondstoffen voor de veehouderij in Nederland die niet concurreren met de humane consumptie. Dan gaat het om gras, reststromen uit de voedingsindustrie, rustgewassen en producten die over de datum zijn. De rol van dieren is dan om deze reststromen op te waarderen tot dierlijke eiwitten. In dit systeem zijn veel minder dieren en landbouwgrond nodig, maar dit levert maar een derde of vierde deel van onze dagelijkse behoefte aan eiwitten. Deze visie pleit daarom ook voor een eiwittransitie, waarin we veel meer plantaardige eiwitten en veel minder dierlijke eiwitten gaan eten.

Binnen deze tweedeling zijn nog tussenvarianten mogelijk, waarbij Nederland hoofdzakelijk voedsel produceert voor humane consumptie, maar met de verbouw van rustgewassen en reststromen van suikerbieten, baktarwe, brouwgerst en frites-aardappelen toch nog relatief veel veevoer als bijproduct produceert. Daartegenover staat dat plantaardige reststromen in de toekomst ook kunnen worden gebruikt voor biomaterialen in de bouw of chemie, waardoor hun rol in de kringlooplandbouw kleiner wordt.

Wat ons betreft is het belangrijk om eerst de vraag te stellen wat de functie is van de veehouderij in Nederland. Het antwoord op deze vraag bepaalt in hoge mate de vorm en omvang van de veehouderij. De veehouderij in zijn huidige vorm heeft als grootste uitdagingen de milieueffecten, de dierwaardigheid en het internationale concurrentievermogen. De circulaire veehouderij is per definitie veel kleiner, zal minder snel tegen milieugrenzen aanlopen, maar leidt er ook toe dat dierlijke producten schaarser en duurder worden. Daardoor vraagt deze variant ook forse veranderingen in ons consumptiepatroon.

6 dilemma's

In het maatschappelijke debat over landbouw en natuur gaat het vaak over het halveren van de veestapel en of we de stikstofdoelen in 2030 of 2035 moeten halen. Maar zijn dit wel de goede vragen? Een groep Wageningse onderzoekers identificeerde 6 dilemma’s die medebepalend zijn voor de toekomst van de landbouw en natuur in Nederland.

In de serie 6 Dilemma’s worden alle dilemma’s stuk voor stuk uitgelicht en wordt er dieper op de materie ingegaan.

Lees de hele serie