‘We moeten stoppen met de race naar de bodem’

Net als bij andere alledaagse producten als koffie, suiker en fruit, is ook bij cacao de kans aanwezig dat er mensen voor zijn uitgebuit. Zijn er instrumenten die bedrijven en overheden kunnen gebruiken om de risico’s op misstanden in productie- en voedselketens in kaart te brengen en te voorkomen?

Bonusvergoeding

Die zijn er zeker, beaamt Birgit de Vos, senior onderzoeker mensenrechten in agri-voedselketens. Als voorbeeld haalt zij Nestlé aan. Deze multinational maakt gebruik van een raamwerk van het Danish Institute for Human Rights, en kondigde recent aan dat het boeren een uitkering gaat betalen los van het volume dat ze verkopen. Ze ontvangen deze uitkering als ze meerdere gewassen naast cacao gaan telen of vee houden. Ook krijgen de boeren de extra vergoeding als ze cacaobomen gaan snoeien, bomen aanplanten en hun kinderen naar school sturen.

dr. Birgit de Vos, senior onderzoeker mensenrechten in agri-voedselketens
dr. Birgit de Vos, senior onderzoeker mensenrechten in agri-voedselketens

Risicoanalyse

Samen met haar collega-onderzoekers van Wageningen Economic Research heeft De Vos naast een raamwerk ook een tool ontwikkeld dat de risico’s op misstanden in kaart brengt; de Humanity Views. ‘De Humanity Views is een interactieve wereldkaart waarmee gebruikers op landen en producten kunnen klikken en vervolgens zien op een schaal van nul tot vijf wat het risico is op acht verschillende type mensenrechtenschendingen. Ook maken we onderscheid per regio. Als je als bedrijf weet welke risico’s met name groot zijn in specifieke regio’s, dan kun je gericht programma’s opzetten om die te verminderen. Deze tool maakt het makkelijker om prioriteiten te stellen en echt impact te maken, want inmiddels zitten er zo’n vijftig sectoren in de tool, waaronder palmolie, soja, koffie, cacao en vlees.’

Symboolpolitiek

De Vos vindt het een goede zaak als bedrijven zich bereid tonen een meerprijs aan boeren te betalen en gunstige contractvoorwaarden willen hanteren. Tegelijk signaleert ze dat bij veel bedrijven ook symboolpolitiek plaatsvindt. ‘Bedrijven sluiten zich aan bij een rondetafel of een convenant en voeren her en der wat pilotprojecten uit waarvan de impact vaak omstreden en niet bewezen is. Ook hebben ze vaak alleen harde doelstellingen voor hun directe leveranciers, terwijl het juist essentieel is dat ook indirecte leveranciers hierin worden meegenomen, want dit zijnvaak de allerarmsten en meest kwetsbaren zoals kleinschalige boeren en arbeiders op het land. Risico’s op moderne slavernij in de keten verminderen begint met het in kaart brengen van álle leveranciers, ook de onderaannemers.’

Kinderarbeid

Binnen de cacaoteelt is kinderarbeid één van de risico’s. Toch is De Vos er geen voorstander van om kinderarbeid in cacao producerende landen simpelweg te verbieden. “Als je de onderliggende oorzaken niet aanpakt werkt dat alleen maar contraproductief. De kinderarbeid gaat dan door, maar wordt aan het zicht onttrokken, of het probleem verplaatst zich naar een andere sector zoals de mijnbouw. Kinderarbeid heeft namelijk een oorzaak, en die ligt niet in de lokale cultuur zoals soms wel eens makkelijk wordt beweerd (blaming the victim), maar in armoede. Gewapende conflicten zijn ook een factor. Die laatste los je niet eenvoudig op, maar als het om armoede gaat komt het neer op de bereidheid om met zijn allen te stoppen met de race naar de bodem en echt iets te doen aan het uitbuiten van kleine boeren en hen afhankelijk en klein houden. Als we echt iets willen veranderen moeten we onszelf die vraag stellen.’