Genenbank inheemse bomen en struiken
Genetische diversiteit van bomen en struiken vormt de basis voor duurzaam bos- en natuurbeheer. Het beïnvloedt de houtproductie en speelt een belangrijke rol in resistentie tegen plagen en ziekten en aanpassing aan klimaatverandering.
Het is daarom van vitaal belang dat genetische bronnen van bomen en struiken behouden, onderhouden en gebruikt worden op een duurzame manier. Geschat wordt dat er nog minder dan 5 procent van de oorspronkelijke Nederlandse vegetatie over is. Oorspronkelijk inheems materiaal is van groot belang voor de kwaliteit van ecosystemen.
Materiaal zoeken en aanvragen
Staatsbosbeheer beheert de genenbank inheemse bomen en struiken en verzorgt de uitgifte van zaad en stek. Het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN) adviseert Staatsbosbeheer en doet de wetenschappelijke ondersteuning van de genenbank.
De veldcollectie
De genenbank bestaat uit een veldcollectie die sinds 2002 is opgebouwd in boswachterij Roggebotzand in de Flevopolder en wordt beheerd door Staatsbosbeheer. Er groeien en bloeien meer dan 50 inheemse soorten bomen en struiken en 4790 accessies die van oorsprong in ons land voorkomen en waarvan de autochtone genenbronnen worden bedreigd. In de genenbank zijn de accessies in grote populaties bijeengezet, waarvan ook zaad geoogst kan worden. Zo wordt niet alleen diversiteit behouden, maar voorziet de genenbank ook in zaad en plantsoen voor nieuwe natuur.
Soorten als de meidoorn, fladderiep, zwarte populier, winterlinde en de kruisbes zijn opgenomen in de genenbank.