
Missie C: Klimaatbestendig landelijk en stedelijk gebied
(BO-43, BO-60) - In 2050 is Nederland in zowel het landelijk als stedelijk gebied klimaatbestendig en waterrobuust ingericht. In het landelijk gebied is het beheer van grond- en oppervlaktewater zodanig dat het een belangrijke bijdrage levert aan de klimaatbestendigheid van de land- en tuinbouw en grondwaterafhankelijke industrie zonder onomkeerbare schade te doen aan natuurgebieden. Tegelijkertijd zijn de land- en tuinbouwsystemen zodanig ingericht dat ze kunnen omgaan met de klimaatveranderingen. De gebouwde omgeving is klimaatbestendig ingericht doordat het stedelijk waterbeheer is geoptimaliseerd, de omgeving is vergroend en doordat er klimaatadaptief wordt gebouwd en ingericht. Kwaliteitsverbetering van grond- en oppervlaktewater blijft een voortdurend aandachtspunt.
Klimaatbestendig landelijk gebied voorkomen van wateroverlast en watertekort
(BO-60-001 en BO-60-101) - Een robuuste zoetwatervoorziening is van belang voor onze economie en maatschappij. Zestien procent van de Nederlandse economie is afhankelijk van voldoende zoet water. Deze sectoren zijn samen goed voor een omzet van ruim €193 miljard per jaar (Nationaal Waterplan 2015-2021). Klimaatverandering heeft veel consequenties voor het functioneren van het landelijk gebied. Door klimaatverandering zal er een toename zijn van perioden van teveel water, afgewisseld met perioden van droogte en watertekort. Door de stijging van de zeespiegel is er in de kustprovincies een toenemende kans op verzilting. Deze veranderingen hebben gevolgen voor landbouw, industrie en natuur en daarmee ook voor de leefbaarheid van het landelijk gebied.
Klimaatadaptieve land- en tuinbouwproductiesystemen
(BO-60-002 en BO-60-102) - Klimaatverandering biedt zowel kansen als bedreigingen voor ons voedselsysteem. Kansen liggen bijvoorbeeld in een langer groeiseizoen en het telen van gewassen waarvoor het klimaat tot nu toe niet geschikt was. Bedreigingen zijn er omdat perioden van teveel water of te weinig water frequenter zullen voorkomen, met als gevolg schade aan gewassen en beperking van de opbrengsten.
Waterrobuust en klimaatbestendig stedelijk gebied
(BO-60-003 en BO-60-103) - Het stedelijk gebied is in 2050 klimaatbestendig en waterrobuust. Steden zijn kwetsbaar voor de gevolgen van klimaatverandering. Zonder adaptatiemaatregelen is de totale schade tot 2050 voor Nederland geraamd op € 80 miljard. De kwetsbaarheid komt enerzijds voort uit de een groeiende stedelijke bevolking. De verwachting is dat in 2050 meer dan 80 procent van de Europese bevolking in een stedelijk gebied woont. Anderzijds zal door klimaatverandering een toename plaatsvinden van de frequentie van extreme regenval, langer durende droogte en hittegolven, hetgeen mogelijk resulteert in schade aan infrastructuur en gebouwen door wateroverlast en watertekort, gezondheidsproblemen door hittestress en waterkwaliteitsproblemen. Steden moeten in de toekomst voldoende veerkrachtig (resilience) zijn om deze extremen het hoofd te kunnen bieden.
Verbeteren waterkwaliteit
(BO-60-004 en BO-60-104) - Ondanks dat de waterkwaliteit de laatste jaren is verbeterd, is het bereiken van de ecologische en chemische waterkwaliteitsdoelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) nog een omvangrijke opgave. De kwaliteit van lokale en regionale oppervlaktewateren en de daaraan verbonden grondwatersystemen staan als gevolg van klimaatverandering, verstedelijking, intensivering van landbouw en veeteelt en nieuwe opkomende stoffen onder druk. Een goede waterkwaliteit is bovendien een belangrijke randvoorwaarde voor de realisatie van een klimaatbestendig waterbeheer. Waterhergebruik en kringloopsluiting zijn alleen mogelijk als de waterkwaliteit voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen vanuit de drinkwatervoorziening, natuur en land- en tuinbouw, danwel dat het gezuiverd wordt tot aan de gestelde eisen.
Beleidsondersteunend onderzoek naar klimaatadaptatie in het landelijk en stedelijk gebied
(BO-43-123) - In 2050 is Nederland in zowel het landelijk als stedelijk gebied klimaatbestendig en waterrobuust ingericht. In het landelijk gebied is het beheer van grond- en oppervlaktewater zodanig dat het een belangrijke bijdrage levert aan de klimaatbestendigheid van de land- en tuinbouw en grondwaterafhankelijke industrie zonder onomkeerbare schade te doen aan natuurgebieden. Tegelijkertijd zijn de land- en tuinbouwsystemen zodanig ingericht dat ze kunnen omgaan met de klimaatveranderingen. Kwaliteitsverbetering van grond- en oppervlaktewater wordt integraal aangepakt en verbeterd. De gebouwde omgeving is klimaatbestendig ingericht doordat het stedelijk waterbeheer is geoptimaliseerd, de omgeving is vergroend en doordat er klimaatadaptief wordt gebouwd en ingericht.