Project

Darmgezondheidsverbetering bij vleeskonijnen

De konijnensector staat voor de opgave de komende jaren een daling in het gebruik van antibiotica te realiseren. Met beleidsondersteunend onderzoek wordt ingezet om, integraal kijkend naar het geheel, inzicht en handelingsperspectief te verkrijgen in (bedrijfs)factoren die substantieel bij kunnen dragen aan optimalisering van de darmgezondheid, vermindering van deze problematiek en hierdoor het antibioticumgebruik te verlagen.

Met het doel om het antibioticumgebruik substantieel te verminderen wordt de darmgezondheid van vleeskonijnen in een tweejarig programma sectorbreed aangepakt. De belangrijkste invalshoek hierbij is het handhaven/bevorderen van de weerbaarheid van het maagdarmkanaal vanuit het kernuitgangspunt dat een stabiele darmflora dysbacteriose, en daarmee de noodzaak om met antibiotica in te grijpen, voorkomt. Het project heeft twee spitsen: 1) een fundamentele en 2) een praktische. Ad 1) Middels literatuur en (internationaal) beschikbare expertise wordt in kaart gebracht wat mogelijkheden zijn om het maagdarmkanaal van vleeskonijnen fundamenteel stabiel te houden. De wisselwerking van de darmfysiologie en voeding (hoeveelheid, samenstelling en verdeling in de tijd) is hierbij een belangrijk aandachtspunt. Ad 2) in de praktijk wordt verkend welke variatie in darmverstoringen er tussen bedrijven en op bedrijven en tussen rondes/seizoenen bestaat, en wordt gestreefd hier risicofactoren en good practices uit af te leiden.

Het project wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met specialisten (m.n. darmfysiologie en voeding in het verdiepende spoor), konijnenhouders en erfbetreders (vooral dierenartsen en voervoorlichters) in het praktijkgerichte spoor. Aan het einde van het eerste projectjaar wordt het tweede (naar verwachting vooral experiment-gerichte) jaar nader ingevuld. De onderzoeksactiviteiten ontwikkelen zich daarmee gedurende het project van inventariserend naar experimenterend.

Publicaties