Project
Programma Bosbeheer en Revitalisering 4.2. Revitalisering met houtoogst
Eén van de doelen van de Bossenstrategie is vitaal bos met zijn functies door te geven aan toekomstige generaties. Er wordt gesteld dat het bosbeheer zich daarvoor zal moeten richten op biodiversiteit, klimaatadaptatie en klimaatmitigatie; het bos moet completer en diverser. Hiertoe worden verschillende revitaliseringsmaatregelen uitgevoerd. Tevens wordt gesteld dat de kwaliteitsverbetering van bossen zal leiden tot een hogere bijgroei en dat er dus een lichte toename van houtoogst gerealiseerd kan worden in combinatie met het behalen van natuurdoelen. Echter, het is nog niet exact bekend hoe de revitaliseringsmaatregelen bijgroei en houtoogst zullen beïnvloeden. Anderzijds is er behoefte de gevolgen van verschillende oogst- en verjongingsmethoden op de verschillende diensten en functies van het bos in beeld te brengen.
In dit onderzoek worden in het eerste jaar (2023) indicatoren en de daarbij horende waarden gedefinieerd die een vitaal bos tot een vitaal bos maken. Ook wordt er een inventarisatie gemaakt van revitaliseringsmaatregelen en op welke indicatoren deze een effect hebben. Hierbij wordt een overzicht gecreëerd van ervaringen met deze genomen maatregelen in verschillende projecten en praktijkervaringen bij beheerders. Hierbij ligt de nadruk op de vraag hoe je ervoor kunt zorgen dat in combinatie met de andere doelen van revitalisering ook de productiviteit erop vooruitgaat? Aan de hand van dit overzicht van indicatoren, maatregelen en ervaringen wordt een experiment opgezet. In 2023 worden hier de locaties voor aangewezen en een opzet gemaakt. Op basis van deze resultaten zal het onderzoek verdiept worden (2024-2026) waarbij de impact van de revitaliseringsmaatregelen op geïdentificeerde indicatoren en verschillende functies inzichtelijk worden gemaakt. Hierbij staat de impact van revitaliseringsmaatregelen op de productiviteit, houtoogst en bosexploitatie en vice versa centraal.
De vraagstelling van dit onderzoek overlapt in grote mate met die in project 3.1., “Kleinschalig klimaatslim bosbeheer”. De samenhang tussen de beide projecten ziet er zo uit:
- In het eerste jaar (2023) wordt de verkennende fase van 3.2. gebundeld met die van project 3.1. Dat betekent dat de onderzoeksvragen en de aanpak voor 2023 voor beide projecten hetzelfde zijn, met een verdeling in werkzaamheden tussen de beide projecten.
- In de jaren 2024-2026 worden experimenten ingezet. Deze worden ontworpen tijdens de verkenningfase en dan zal blijken of die (deels) gezamenlijk of geheel gescheiden (maar parallel) zullen worden uitgevoerd.
In de slotfase komen beide projecten mogelijk weer bij elkaar. Dan worden producten opgeleverd en communicatie-activiteiten uitgevoerd. De overlap tussen beide projecten en eventuele bundeling van eindproducten wordt in de loop van het project bepaald.