Project

Modellen en beleidsinstrumenten voor het klimaateffect van biogrondstoffen

Het project heeft tot doel duidelijkheid te verschaffen over hoe de toename van bio-grondstoffen voor de productie van chemicaliën en materialen kan bijdragen aan het ondersteunen van het nationale beleid van de CO2-reductiedoelstelling. De bestaande methoden voor de registratie van koolstofstromen (biogeen en fossiel) zullen worden herzien om aanbevelingen te doen over mogelijke beleidsmaatregelen die kunnen worden geïmplementeerd.

In december 2019 presenteerde de Europese Commissie de Europese Green Deal, met als doel de economie van de EU te transformeren voor een duurzame toekomst. De onderliggende doelstelling is om de klimaatinspanningen van de EU op te voeren om tegen 2050 klimaatneutraliteit te bereiken. Voor de tussentijdse doelstelling voor 2030 moet de EU haar uitstoot met 50-55% verminderen ten opzichte van het niveau van 1990.

Nederland (NL) streeft naar een snelle transitie richting een koolstofarme economie en heeft ambitieuze doelstellingen voor de reductie van broeikasgassen (BKG). De Klimaatwet 2019 stelt de uitstoot van broeikasgassen met 49% te verminderen tegen 2030 en met 95% tegen 2050 (ten opzichte van het niveau van 1990). NL heeft in het Klimaatakkoord 2019 een uitgewerkt beleidskader ontwikkeld. Het akkoord omvat emissiereductiedoelstellingen en maatregelen in 5 sectoren: (C1) Gebouwde omgeving, (C2) Mobiliteit, (C3) Industrie, (C4) Landbouw en landgebruik en (C5) Elektriciteit. Het Klimaatakkoord vormt de basis van het Nationaal Energie- en Klimaatplan (NECP), een tienjarenplan waarin wordt uiteengezet hoe de nationale doelstellingen kunnen worden gehaald om de EU-doelstellingen te halen.

Er zijn aanwijzingen dat het vergroten van de productie van bio-grondstoffen in bepaalde sectoren (bijvoorbeeld industrie en bouwsector) een belangrijke bijdrage kan leveren aan de CO2-reductiedoelstellingen. Het is echter nog steeds onduidelijk hoe koolstofafvang, tijdelijke opslag van bio-grondstoffen, en vastgelegde koolstof in bio-producten (anders dan energie en brandstoffen) kunnen bijdragen aan de reductie van broeikasgassen. Er is nog geen consensus over welke rekenmethoden voor CO2-boekhouding het best geschikt zijn voor deze producten (chemicaliën en materialen). Het gebrek aan duidelijkheid over dit onderwerp beperkt de ontwikkeling van beleidsinspanningen op dit gebied.

Daarom is meer kennis over de mogelijke rol van bio-grondstoffen relevant voor de beleidsontwikkeling en het creëren van instrumenten ter ondersteuning en stimulering van duurzame landbouw en vergroening van de bouw.

Publicaties