Project
Bovennorm en extensieve norm grondgebondenheid melkveehouderij
Dit onderzoek verkent de maximale norm van grondgebondenheid via 2 bedrijfsspecifieke benaderingen. In de ene benadering mogen de bedrijfsspecifieke stikstof- en fosfaatplaatsingsruimten geheel opgevuld worden met dierlijke mest, in de andere benadering gelden de huidige regels omtrent plaatsingsruimten. Ook wordt gekeken naar met de benaderingen samenhangende ammoniak- en broeikasgasemissies.
Dit onderzoek verkent de maximale norm van grondgebondenheid via 2 bedrijfsspecifieke benaderingen. Aanleiding voor het onderzoek is de visie van het ministerie van LNV op een nieuw mestbeleid waarbij grondgebonden bedrijven alle mest van het bedrijf op het bedrijf zelf moeten kunnen plaatsen.
In de ene benadering mogen de bedrijfsspecifieke stikstof- en fosfaatplaatsingsruimten geheel opgevuld worden met dierlijke mest, in de andere benadering gelden de huidige regels omtrent plaatsingsruimten. Geen van de plaatsingsruimten mag worden overschreden. In beide benaderingen mogen bedrijfsspecifieke stikstof- en fosfaatexcreties gebruikt worden.
De benaderingen leveren 2 soorten van 'bovennormen' voor grondgebondenheid op. De berekeningen hiervoor worden gedaan met gegevens van melkveebedrijven uit het BedrijvenInformatieNet (BIN) van Wageningen Economic Research; het BIN is een representatieve steekproef van de Nederlandse land- en tuinbouw. Gegevens uit BIN worden bewerkt tot invoergegevens voor het KringLoopWijzer-programma (KLW-programma) en het KLW-programma levert een groot aantal uitvoergegevens waaronder gegevens, benodigd voor het berekenen van de 'bovennormen'. Er worden dus geen gegevens uit de centrale database KLW, in beheer bij ZuivelNL, gebruikt.
Naast het berekenen van de 'bovennormen' zal een kwalitatieve beoordeling gedaan worden of de norm voor extensiteit van WUR-rapport 3062 beduidend minder risico's heeft op overschrijding van uit- en afspoelingsnormen voor stikstof en fosfaat. Tevens wordt in beeld gebracht wat de ammoniak- en broeikasgasemissies zijn bij extensieve en intensieve bedrijven.
De op te leveren rapportage in Powerpoint-format zal o.a. tabellen en grafieken bevatten om de resultaten nader te duiden.