Project
BIOSCHAMP
Champignons worden geteeld op compost, gemaakt van natuurlijke mest, stro en kalk, waarop een laag dekaarde is aangebracht dat voornamelijk bestaat uit veen. Veen wordt gewonnen van velden in Duitsland of Oost-Europa, waardoor kwetsbare natuurgebieden met een hoge biodiversiteit verloren gaan. Door de winning en het transport van veen komt veel CO2 vrij.
Binnen BIOSCHAMP wordt een veen-vrije dekaarde voor de champignonindustrie ontwikkeld op basis van:
- restproducten uit de landbouw en uit natuurbeheer (gewasresten, maaisel)
- het gebruik van sphagnum mos (veenmos) geteeld op gedegradeerde veenvelden of
- door hergebruik van doorgroeide dekaarde
Door toevoeging van reeds geselecteerde biostimulanten aan de nieuw samengestelde dekaarde wordt er voor gezorgd dat de productie op niveau en het inkomen van de champignonteler op peil blijft en ook dat de champignon beschermd blijft tegen ziekteverwekkers die met de dekaarde meekomen. Hierdoor zal naar verwachting het gebruik van met name fungiciden worden beperkt. Gebruik van de alternatieve grondstoffen en van biostimulanten wordt doorgerekend op economische haalbaarheid en op milieu-impact.
Door gebruik van lokaal geproduceerde restproducten uit de landbouw en natuurbeheer, nl. (gefermenteerd) maaisel uit natuurgebieden en graslanden, veenmos uit gedegradeerde veenvelden en toepassing van gebruikte dekaarde wordt de uitstoot van vervuilende en vermestende stoffen (champost) naar grond en oppervlaktewater teruggebracht en stikstofdepositie verminderd (MMIP A1).