Deelnemers Kennisgroep Klimaatadaptatie

Dit zijn de deelnemers van de Kennisgroep Klimaatadaptatie van het project 'Op weg naar een klimaatbestendige melkveehouderij in de Achterhoek'.

Martijn te Brake uit Wold

Martijn te Brake

Boeren met de natuur is wat betreft Martijn en Ursula te Brake het uitgangspunt binnen hun bedrijfsvoering, op deze prachtige locatie in Woold nabij een Natura 2000 gebied. Het bedrijf kent een omvang van 65 hectare, waarvan 46 hectare grasland, 12 hectare mais en 7 hectare beheerweide. Ze houden 65 melkkoeien en ongeveer 35 stuks jongvee en leveren de melk PlanetProof.

Als het weer het toelaat gaan de koeien naar buiten. De afgelopen jaren heeft Martijn zijn graspercelen allemaal ingezaaid met gras-klaver weidemengsels. Hij kiest nu voor kruidenrijke mengsels en is gestart met zaaien van het mengsel van ‘”Pure Graze’’. Dat is een mengsel met 20 soorten grassen, kruiden en klavers.

Hoe raken droogte en hitte het bedrijf?

Het extensieve bedrijf ligt voornamelijk op zandgrond, esgrond en lage maatgrond. De beheerweides liggen op leemgrond en bij droogte wordt er minder kunstmest gestrooid. Martijn: “De mestwetgeving zou aangepast moeten worden zodat we eerder kunnen beginnen met bemesten.“

Martijn's strategie voor klimaatadaptatie

De stal is redelijk aangepast tegen de hitte d.m.v. ventilatoren en watersproeiers op het dak, ter verkoeling tijdens warme periodes. Bij warm weer blijven de koeien binnen, het gras gaat kapot wanneer de koeien er op lopen bij temperaturen boven 30 graden. Er is een coating aangebracht voor het voerhek zodat het rantsoen fris blijft bij heet, vochtig weer en verder voert Martijn dan ook zo laat mogelijk zodat de zon er niet op staat. Door een verbod is beregenen geen optie.

Martijn wil het liefst zo vroeg mogelijk bemesten om de gunstige groeidagen in het voorjaar optimaal te benutten en de koeien zo vroeg mogelijk naar buiten kunnen.

Martijn's doelstellingen vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptatie

Vanuit de kennisgroep Klimaatadaptie streeft Martijn naar de volgende doelstellingen:

  • Bodem verbeteren
  • Klei in zand na de mais
  • Extra percelen met kruiden
  • Actiever met waterbeheer aan de gang (ballen in duikers)
  • Streven om dag en nacht te weiden

Wilry Giesen uit Vethuizen

Wilrey Giesen

"Melkveebedrijf De Kamp" is het melkveebedrijf van Wilry Giesen en is gevestigd in het buurtschap Vethuizen. Vanaf het erf is er een schitterend uitzicht op het Montferland. Het melkveebedrijf omvat ongeveer 53 hectare, waarvan 42 hectare grasland en 8 hectare mais. Verder is er een Kruidenrijke akker met daarnaast een akkerrand, dat onderdeel is van het project Paradijs voor de Patrijs.

Weidegang is een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering. Bij de keuze voor automatisch melken stond dit dan ook niet ter discussie. De koeien gaan van het voorjaar tot in het najaar ten minste 120 dagen per jaar, minimaal 6 uur per dag de wei in om te grazen. Dit volgens een -iets eigen- systeem, waarbij er vaak gras wordt gemeten. Het lijkt nog het meest op Nieuw Nederland Weiden.

Duurzaamheid zoals: dierwelzijn, klimaat en natuur krijgen veel aandacht. Dit zie je ook terug in een goede score op duurzaamheidsonderdelen binnen Foqus Planet.

Wilry is een data-man, hij doet veel met automatisering en produceert hiermee data voor zijn bedrijf. Denk hierbij aan graslandmanagement, beregeningsplanner, weerstation, bodemsensoren enzovoort.

Er worden 105 koeien gemolken met daarnaast ongeveer 50 stuks jongvee.

- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan

Hoe raken droogte en hitte het bedrijf?

De grondsoort bij het bedrijf is bepaald door de historie van het gebied. Vroeger bij hoogwater in de Rijn liep het water achter de boerderij langs richting de IJssel. Montferland (een stuwwal) ligt vlak achter de boerderij. Daardoor is het een droog hoekje, buien splitsen zich; gaan links en/of rechts om Montferland heen. De grondsoort betreft deels jonge rivierklei (60% afslibbaar)en deels leemhoudend zand aan de andere kant van het bedrijf. De grond op afstand voor maisteelt aan de andere kant van Montferland is snel droog.

Wilry's strategie voor klimaatadaptatie

De laatste jaren wordt er vanaf de 2e/3e snede water in de mestkelder bijgepompt (2/3 mest, 1/3 water). In droge jaren wordt er eerst beregend en dan verdunde mest uitgereden. Dit bevalt heel goed, de mest loopt mooi weg.

De laatste jaren is het beregenen intensiever geworden omdat Wilry het idee had dat hij grasopbrengst liet liggen door droogte, er wordt inmiddels beregend met twee haspels in combinatie met zonnepanelen. Op het maisland wordt geëxperimenteerd met drip-irrigatie.

De stal is voorzien van ventilatoren en de zonnepanelen aan de zuidkant op het dak zorgen ook voor een isolerend effect, daarnaast zitten er aan de zuidkantweinig lichtplaten in het dak. Dit wordt aan de noordkant gecompenseerd.

Binnen het project Klimaatadaptie wil Wilry graag de volgende punten gaan aanpakken.

Wilry's doelstellingen vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptatie

Binnen het project Klimaatadaptie wil Wilry graag de volgende punten gaan aanpakken:

  • Bodem verbeteren
  • Klei in zand na de mais
  • Extra percelen met kruiden
  • Actiever met waterbeheer aan de gang (ballen in duikers)
  • Streven om dag en nacht te weiden

Henk Rougoor en Leon Krabbenborg uit Varsseveld

Leon Krabbenborg (links) en Henk Rougoor (rechts)

Leon Krabbenborg is bedrijfsopvolger van Henk Rougoor en samen runnen ze een melkveebedrijf op zandgrond in Varsseveld met ca. 125 koeien op 60 hectare grond, waarvan 48 hectare gras en 12 hectare snijmais. Henk werkt daarnaast nog 20-30 uur bij het waterschap als gebiedsmakelaar. Het betreft een intensieve bedrijfsvoering met Holstein Frisian koeien. Er wordt weidegang toegepast (NNW) en gebruik gemaakt van een melkrobot.

In het najaar wordt naast het beweiden, zomerstalvoeren toegepast. Het bedrijf liep al vroeg voor in het sluiten van mineralenkringlopen en een lage ammoniakuitstoot, het rantsoen zit al jaren rond de 150 RE. Sinds enkele jaren is het deelnemer PlanetProof en actief in biodiversiteit en natuurbeheer. Het bedrijf streeft naar een toekomstbestendig bedrijf dat up to date is en voorin het peloton fietst.

Hoe raken droogte en hitte het bedrijf?

Er zijn twee typen grond op het bedrijf, leemhoudend zand en esgrond. Bodemverdichting is een aandachtspunt. 35 hectare grasland kan beregend worden en een groot deel van het maisland. In de laatste jaren is de situatie snel veranderd van vrij nat naar te droog. Een ander probleem is dat de kalender voor regelgeving voor oogsten en bemesten niet meer klopt i.v.m. veranderingen in klimaat.

Henk en Leon's strategie voor klimaatadaptatie

In afgelopen jaren is de beregeningscapaciteit uitgebreid (Deens haspel systeem), om incourante percelen snel en efficiënt te kunnen beregenen. Op percelen die niet beregend kunnen worden, worden gewassen geteeld die beter tegen droogte kunnen (kruiden en klavers i.c.m. gras). Het maisland wordt door een derde beregend. Om de bodemkwaliteit van grasland op een hoog niveau te houden is beregenen een must. Daarnaast om beter voorbereid te zijn op droogte zijn vorig jaar boerenstuwtjes aangelegd, om in het voorjaar het vocht langer te kunnen vasthouden.

Voor wat betreft hittestress was de stal al geïsoleerd (voorwaarde maatlatstal).

Henk en Leon's doelstellingen vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptatie

Om goed in te spelen op klimaatverandering willen Leon en Henk de volgende maatregelen realiseren vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptatie:

  • Aandeel kruidenrijk grasland vergroten, de juiste gewassen op de juiste grondsoort:
    • Lage leemhoudende zandgrond met optie tot beregenen (volledig grasland)
    • Esgrond (gras met kruiden om volledige capaciteit van es grond te benutten door de diepe beworteling van kruiden)
    • Zandgrond (gras i.c.m. kruiden of mais)
  • Mechanische ventilatie met nevelkoeling
  • Beweiding optimaliseren (meer in de avond en nacht beweiden)

Andre de Groot uit Laren

Andre de Groot

Samen met zijn ouders runt Andre de Groot een extensief melkveebedrijf met 110 Holstein Friesian koeien en 80 stuks jongvee. In totaal 83 hectare andgrond waarvan 40 hectare grasland, 19 hectare snijmais en 23 hectare akkerbouw. Andre is daarnaast actief voor de lokale VVD en o.a. kandidaat voor de waterschapsverkiezingen.

Andre is op een zeer ondernemende en tegelijk groene manier met zijn bedrijf bezig, met o.a. een akkerbouwtak met graan, voederbieten en mais voor eigen vee. De focus ligt op het bodemleven, er wordt geen kunstmest gebruikt maar Groene Weide Meststof.

De koeien halen zoveel mogelijk hun eigen gras op en lopen lang buiten, het bedrijf is dan ook demobedrijf NNW. De koeien worden gemolken met een melkrobot en eigen krachtvoer wordt samengesteld op maat.

Hoe raken droogte en hitte het bedrijf?

Op het bedrijf zijn diverse grondsoorten (zandruggen, beekdal) aanwezig, hierdoor is er verschil in hoogte en grondwaterstand. Een deel is leemhoudend en wordt erg hard in de zomer. Er wordt niet beregend (kosten en arbeid), Andre is principieel tegen bovengronds beregenen i.v.m. slechte benutting van water.

Andre's strategie voor klimaatadaptatie

Andre is langer gaan weiden en iets meer gras gaan telen. Hij verwacht dat het gras beter aan de praat blijft met kruiden en luzerne. Het kruidenrijke gras doen ze met name voor biodiversiteit, methaan, opbrengst houden en stikstof beperken maar heeft als bijkomend voordeel droogteresistentie. De kunstmestgift wordt bepaald aan de hand van het actuele RE-gehalte in het gras, na juni/juli wordt er niet meer bemest.

Bij droogte en lange hete periodes wordt er niet gemaaid en gaan de koeien alleen ’s nachts naar buiten. Bij de maisteelt wordt gekozen voor een vroeg ras zonder onderzaai. Daarnaast is de stal geïsoleerd en voorzien van ventilatoren. Tot slot is het peil in de beek omhoog gegaan, hierdoor wordt het water langer vastgehouden.

Andre's doelstellingen vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptatie

Vanuit de kennisgroep Klimaatadaptie wil Andre de volgende maatregelen nog gaan realiseren:

  • 7 hectare met kruidenrijk gras
  • Sorghum
  • MKS
  • Meerdere kunstmestsoorten om te sturen in energie of eiwit (meer eiwit van eigen land)

Jeroen en Barbara van Mts. Toevank-Thomassen uit Ruurlo

Maatschap Toevank-Thomassen is een familiebedrijf met externe medewerkers. Zowel Jeroen als zijn vrouw Barbara werken buitenshuis, Jeroen als Sales Manager bij Trouw Nutrition en Barbara als Melkveespecialist bij ForFarmers. Arbeidsefficiëntie is belangrijk, ze zijn robotmelkers van het eerste uur en hebben daarnaast ook een Lely Vector automatisch voersysteem.

In het weideseizoen gaan de 150 melkkoeien zowel ’s ochtends als ’s avonds twee uren de weide in. Op de aanwezige 57 hectare wordt ook een deel mais verbouwd.

Hoe raken droogte en hitte het bedrijf?

Het bedrijf is gelegen op zandgrond, het is hier redelijk droogtegevoelig, na natte periodes is de grond ook snel weer berijdbaar.

Door droogte ontstaat er een lagere opbrengst van gras, er wordt hierdoor vaker gescheurd, doorgezaaid en eventueel gespoten voor onkruid. Ook de mais heeft hierdoor minder kolf en opbrengst waardoor er meer mais aangekocht moet worden. Beregenen doen ze nog niet i.v.m. de arbeidsefficiëntie en hoge kosten. Jeroen en Barbara zoeken wel naar manieren waarop dit in de toekomst misschien wel -effectiever- zou kunnen, bijvoorbeeld automatisch beregenen van grasland door gebruik te maken van satellieten die droogteplekken signaleren. En bij maisland eventueel irrigatiebuizen die ondergewerkt kunnen worden.

Jeroen en Barbara's strategie voor klimaatadaptatie

Op het bedrijf zijn al verschillende maatregelen getroffen om hittestress in de stal tegen te gaan. Er zijn onder andere ventilatoren geplaatst, de daken zijn geïsoleerd en mogelijkheden voor koeling worden verkend. De weidegang wordt aangepast bij hitte; ’s ochtends eerder naar buiten en ’s avonds juist later. Voor de warme maanden wordt er gevaccineerd tegen E-coli.

Jeroen en Barbara's doelstellingen vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptatie

Vanuit de Kennisgroep Klimaatadaptie willen Jeroen en Barbara graag de volgende maatregelen realiseren:

  • Oriënteren op waterbeheer, meer kennis van het gebied.
  • Maïs dubbeldoel MKS of snijmaïs
  • Bodemkwaliteit en -structuur verbeteren