Emissiereductie methaan veehouderij
(BO-59-001 en BO-59-101) - Inzet van deze sector is om maximaal bij te dragen aan het realiseren van de reductie broeikasgasemissies vanuit de veehouderij. Op hoofdlijn zijn er twee manieren om de emissie vanuit dieren te verlagen, zorgen dat de dieren minder methaan uitstoten en zorgen dat de emissie uit de mest wordt verlaagd.
Ten aanzien van de 5 actoren van die noodzakelijk zijn in het innovatiesysteemmodel kan gesteld worden dat die binnen het lopende onderzoek al vertegenwoordigd zijn: bedrijven met nieuwe technologieën, kennisinstellingen, overheden, financiële instellingen en intermediairs. Op dit moment is vooral de overheid degene die de financiële middelen levert voor de ontwikkeling en in mindere mate de bedrijven met innovaties. De laatste jaren is de innovatiedrive in het bedrijfsleven weer iets toegenomen. De noodzaak wordt versterkt door het onlangs verworpen PAS-beleid van de overheid en de noodzaak van transitie in de veehouderij om duurzame productie te realiseren in een kringlooplandbouw die de overheid voor ogen heeft.
Internationaal heeft Nederland en Wageningen op het gebied van emissieonderzoek (in eerste instantie vanuit ammoniak en de NEC Directive) een voorlopersrol en is een gevraagde partner voor internationale samenwerking (TFRN, INMS, GRA, COST actions), ook op het gebied van methaan (FACCE ERA-GAS). Wat betreft de broeikasgassen is de NL positie minder leidend, maar lopen we wel in de voorhoede. Zeker als het gaat om monitoring van stalemissies en enterische methaanemissie, waaronder modellering.