Project
Europese uitwisseling graslandinnovaties: Inno4Grass
Inno4Grass staat voor „Shared Innovation Space for Sustainable Productivity of Grasslands in Europe”
Inno4Grass is een driejarige internationaal project gericht op graslandinnovaties. Acht Europese landen werken samen om informatie over innovaties uit te wisselen, de onderzoeksresultaten naar de praktijk te brengen én de innovaties op het boerenerf te onderbouwen met onderzoeksinformatie.
Binnen Nederland trekken LTO, Wageningen Livestock Research en Aeres Hogeschool Dronten samen op om nieuwe bruggen te slaan tussen onderzoek en praktijk. Meer rendement uit grasland is haalbaar, mits de vernieuwing in de praktijk toegepast en doorontwikkeld wordt.
Leren van elkaar
Inno4Grass is een consortium van prominente boerenorganisaties, voorlichting, onderwijs en onderzoeksinstellingen uit Duitsland, België, Frankrijk, Ierland, Italië, Polen, Zweden en Nederland. In al deze landen bestaat een aanzienlijk deel van het agrarisch gebied uit grasland en is de productie van zuivel (en rund- en schapenvlees) van groot economisch belang. Hoewel de omstandigheden, kansen en uitdagingen per land (en soms ook binnen een land) variëren, zal deze internationale samenwerking veel nieuwe ideeën, inzichten en werkwijzen opleveren, waar de Nederlandse melkveehouderij haar voordeel mee kan doen.
Foto, film en verhalen
Inno4Grass kijkt naar allerlei innovaties rondom grasland. Innovaties die de graslandproductie verhogen, diversiteit stimuleren, nieuwe markten mogelijk maken, invloed hebben op arbeidsgemak of arbeidstijd, helpen om met bepaalde uitdagingen om te gaan (bijvoorbeeld ganzen), etc. Als het maar met gras te maken heeft.
Elk deelnemend land interviewt boeren over innovaties vanuit de boerenpraktijk - aangevuld met onderzoeksinformatie, foto- en filmmateriaal - over hoe de ondernemers het beste uit hun grasland halen, hoe zij dagelijks hieraan werken of op welke manier zij bijvoorbeeld hun grasland tot een marketinginstrument verheven hebben.
This project has received funding from the European Union’s Horizon 2020 research and innovation programme under grant agreement No 727368