Nieuws
WBVR-analyses: nog geen indicatie voor nieuwe blauwtongbesmettingen
De runder- en schapensector zijn in samenwerking met de dierenartsenpraktijk erg alert op klinische verschijnselen van blauwtong. Regelmatig ontvangt Wageningen Bioveterinary Research monsters voor analyse op aanwezigheid van blauwtong. “Een positieve PCR-analyse betekent echter niet, dat er direct sprake is van een nieuwe uitbraak van blauwtong. Op basis van de uitslagen tot nu toe dit jaar, kunnen we zeker niet spreken van nieuwe, acute infecties”, stelt WBVR-onderzoeker Melle Holwerda.
De aanwezigheid van blauwtong wordt aangetoond met behulp van een PCR-analyse. Dit onderzoek toont genetisch materiaal van het blauwtongvirus aan, en laat dus zien of het dier geïnfecteerd is of niet. “Bij de monsters die we de afgelopen maanden hebben onderzocht, vinden we regelmatig een positieve PCR-analyse”, vertelt Melle Holwerda, hoofd van het Nationaal Referentielaboratorium voor blauwtong. Die positieve uitslagen zijn tot nu toe echter geen aanleiding om te concluderen dat het nieuwe blauwtongseizoen is begonnen, benadrukt Holwerda.
Uitslag
“Dieren die met het blauwtongvirus zijn besmet, kunnen tot wel 180 dagen na start van de besmetting een positieve uitslag van een PCR-analyse geven”, legt de onderzoeker uit. Dit komt doordat het virus bindt aan de rode bloedcellen van het dier en wordt opgeruimd bij de verversing van deze cellen in het lichaam. Dit proces neemt enkele maanden in beslag, vandaar dat gedurende die periode nog virusdeeltjes kunnen worden aangetoond in het bloed, terwijl er geen sprake is van actieve vermeerdering van het blauwtongvirus en het dier op het moment van bloedafname geen klinische symptomen heeft.
Daarom is het volgens Holwerda van belang niet alleen te kijken naar of het genetisch materiaal van het virus wel of niet aanwezig is. “PCR-analyses geven twee typen uitslagen: aangetoond of niet aangetoond. Desalniettemin geeft de hoogte van het signaal in de PCR-test informatie over of het een oude of een acute infectie betreft”, legt de onderzoeker uit. Als sprake is van een acute infectie, dan wordt dit direct aan de NVWA doorgegeven. “De NVWA neemt vervolgens contact op met de betrokken dierenartsenpraktijk.”
Temperaturen
Holwerda is blij dat alle uitslagen van dit jaar tot nu toe oude infecties betreffen. De toenemende temperaturen zorgen voor gunstigere omstandigheden voor knutten. “Als knutten actiever worden, neemt de kans op een eventuele besmetting toe, maar het vereist eerst dat een knut het virus opneemt via een bloedmaal bij een besmet dier. Of en wanneer dat kan gebeuren, laat zich niet voorspellen”, besluit Holwerda.