Aquatische Genetische Bronnen
De Nederlandse aquacultuursector voor schelpdieren, vis en zeewier maakt voor de opkweek vaak gebruik van bronmateriaal afkomstig van wilde populaties. Daarom is het belangrijk om de genetische variatie binnen die soorten te monitoren en in stand te houden.
Sinds 2022 werkt het Centrum voor Genetische Bronnen Nederland (CGN) aan het monitoren en conserveren van genetisch materiaal van aquacultuursoorten die in Nederland gekweekt worden en in Nederland in het wild voorkomen. Die soorten zijn:
Schelpdieren | Vis | Zeewier |
---|---|---|
Mossel | Paling | Suikerwier |
Japanse oester | Tarbot | Vingerwier |
Platte oester | Snoekbaars | Zeesla |
Wakame |
We analyseren de kennishiaten en ontwikkelen protocollen voor genetische monitoring in samenwerking met experts van Wageningen Marine Research (WMR). De genetische monitoring van de relevante aquacultuursoorten wordt uitgevoerd en de resultaten worden geanalyseerd. Waar nodig worden de protocollen aangepast voor toekomstige genetische monitoring in het verdere verloop van het programma.
Naast de genetische monitoring starten we een genenbank voor aquacultuur, waar uitgangsmateriaal van de relevante soorten door het CGN wordt veiliggesteld door cryoconservering van genetisch materiaal in genenbankcollecties.
Waarvoor kunt u bij ons terecht?
Monitoren
Het CGN monitort de genetische diversiteit van populaties van soorten die van belang zijn voor de Nederlandse aquacultuur en die in het wild in Nederland voorkomen.
Genenbank
Uitgangsmateriaal van relevante soorten en populatie kan door het CGN worden veiliggesteld middels cryoconservering van genetisch materiaal in genenbankcollecties.
CGN werkt hierbij nauw samen met Wageningen Marine Research (WMR)/Centrum voor Visserijonderzoek (CVO).