Dossier

Biologische bestrijding van ziekten en plagen

Biologische bestrijding kan een grote rol spelen in een weerbaar teeltsysteem, door gebruik te maken van de natuurlijke vijanden van bacteriën, schimmels en plaaginsecten. Je kunt een teeltsysteem zó inrichten dat het met biologische bestrijding grotendeels zelf in staat is ziekten en plagen te onderdrukken. Inzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen is dan niet of nauwelijks meer nodig.

Onderzoekers van Wageningen University & Research richten zich op alle organismen in het systeem, van micro-organismen zoals schimmels en bacteriën, tot macro-organismen zoals roofmijten en sluipwespen.

Een ziektewerende bodem met weerbare planten, wie wil dat nu niet!

Ons onderzoek richt zich daarom op het stimuleren van weerbaarheid van teeltsystemen. Hierbij spelen aanwezige (nuttige) micro-organismen, maar ook fysische en chemische condities, een cruciale rol. De enorme diversiteit aan micro-organismen in bodems, substraten en planten draagt via mechanismen als concurrentie, antagonisme en predatie bij aan het beperken van ziekten en plagen.

Het onderzoek is zowel gericht op het ontwikkelen van maatregelen, als op het doorgronden van de mechanismen hierachter. De onderzochte microbiële populaties zijn bovendien een schatkamer voor nieuwe stoffen en genen (antibiotica, enzymen, enz.).

Is het mogelijk gewassen te telen zonder ingrijpen van buitenaf?

Nee, dat zal niet lukken. Maar het is wel mogelijk een teeltsysteem zo in te richten dat het grotendeels zelf in staat is ziekten en plagen te onderdrukken. Het gaat hierbij om weerbare teeltsystemen, waar een grote rol is weggelegd voor de natuurlijke vijanden van ziekten en plagen. Inzet van chemische gewasbeschermingsmiddelen is dan niet of nauwelijks meer nodig.

In weerbare teeltsystemen zijn nuttige micro- en macro-organismen al vanaf het begin van de teelt aanwezig. Deze organismen kunnen daardoor hun werk doen zodra een plaag of ziekte uitbreekt. Dreigt er toch schade te ontstaan aan het gewas, dan zijn er specifieke biologische gewasbeschermingsmiddelen beschikbaar, die de teler inzet. Zo’n uitgekiende teeltomgeving is alleen te ontwerpen als er diepgaand begrip is van alle facetten van het systeem: van de ziekten en plagen zelf, van hun natuurlijke vijanden en van de reactie van de planten op deze organismen. Daarbij is het bovendien van belang dat er kennis is op alle niveaus binnen het systeem. Zo moet duidelijk zijn hoe de organismen op elkaar reageren, hoe ze functioneren, maar ook hoe ze genetisch in elkaar zitten.

Dit hele gebied is het onderzoeksveld van Wageningen University & Research. Onze onderzoekers richten zich in hun onderzoek op alle organismen in het systeem, van micro-organismen zoals schimmels en bacteriën, tot macro-organismen zoals roofmijten en sluipwespen.

Ontwikkeling van nieuwe biologische bestrijders

Het gebruik van biologische bestrijding speelt een steeds grotere rol in het duurzaam beheersen van ziekten en plagen. Er zijn tot op heden helaas nog onvoldoende biologische bestrijdingsmiddelen beschikbaar voor een groot aantal ziekten en plagen in de land-, tuin- en bosbouw.
Ons onderzoek is daarom gericht op de selectie van nieuwe biologische bestrijders. Met deze nieuwe organismen kunnen biologische bestrijdingsproducten voor commercieel gebruik door telers worden ontwikkeld.

Biologische bestrijdingsproducten moeten aan een groot aantal criteria voldoen voordat ze als geregistreerd gewasbeschermingsmiddel commercieel op de markt kunnen worden gebracht. Een arbeidsintensief en dus kostbaar proces. Bij de selectie kijken wij daarom uiteraard of een organisme de plaag of ziekte echt bestrijdt. Daarnaast bestuderen we de ecologie van het organisme, bijvoorbeeld of het onder uiteenlopende omstandigheden groeit en of het bijvoorbeeld tegen droogte kan.

Select Biocontrol

Is een geschikt organisme gevonden, dan moet dat nog commercieel geproduceerd kunnen worden en geregistreerd als bestrijdingsmiddel. Hiervoor maken we gebruik van de zogenaamde ‘Select Biocontrol-aanpak’. Deze aanpak zorgt ervoor dat de geselecteerde micro-organismen niet alleen antagonistische eigenschappen hebben, maar ook voldoen aan de basiscriteria met betrekking tot commerciële productie, veiligheid en registratie van gewasbeschermingsmiddelen, evenals de ecologische behoeften voor de toepassingen in het veld. Deze aanpak stelt ons in staat om veelbelovende antagonisten op een zeer efficiënte en kosteneffectieve manier te selecteren, door samen te werken met het bedrijfsleven, en alle benodigde multidisciplinaire expertise te combineren voor de succesvolle ontwikkeling van nieuwe biologische bestrijders.

Deze manier van werken heeft al tot biologische bestrijders geleid die nu door het bedrijfsleven verder getoetst worden.

Meer weten over de ontwikkeling van biologische bestrijders?