Microcredentials
Wageningen University & Research doet mee aan de pilot microcredentials. De arbeidsmarkt en ontwikkelingen binnen het werkveld vragen om een andere vorm van onderwijs waarbij accreditatie wordt meegenomen voor professionals. Met microcredentials wordt hierop ingespeeld.
Pilot microcredentials
Wageningen University & Research neemt deel aan landelijke pilot microcredentials, samen met 9 andere universiteiten en 22 hogescholen. De pilot richt zich op het aanbieden van gewaarborgd, accreditatiewaardig onderwijs door hogescholen en universiteiten voor professionals. Het doel van de pilot is om het concept microcredentials door te ontwikkelen binnen het Nederlandse stelsel, in lijn met de Europese ontwikkelingen.
Anders dan bij het reguliere onderwijs (bachelor, master), komen microcredentials tegemoet aan de behoeften van professionals die zich gedurende hun loopbaan willen blijven ontwikkelen. Om die reden zijn microcredentials vooral kortlopende programma’s, met een studiebelasting tussen 84 en 840 uur. Dat is vergelijkbaar met de tijdsinvestering voor het behalen van 3 tot 30EC.
Een microcredential wordt uitgereikt na succesvolle afronding van een daarvoor erkende cursus.
Wat is een microcredential?
Microcredentials certificeren de leeruitkomsten van kortere onderwijsprogramma’s en geven een kwaliteitskeurmerk aan deze cursussen. Een microcredential staat garant voor kennis, vaardigheden en verwerkte leeruitkomsten en biedt zowel de cursist als de werkgever meer zekerheid en inzicht in de behaalde leerdoelen.De behaalde microcredentials worden opgeslagen in een landelijk register. Microcredentials worden uitgegeven in de vorm een digitale badge, via de applicatie Edubadge. Microcredentials worden erkend door onderwijsinstellingen onderling, dit maakt het gemakkelijker om vrijstellingen binnen programma’s aan te vragen.
Omdat het hele Hoger Onderwijs in Nederland zich via de koepels VH en UNL heeft gecommitteerd aan de pilot en het huidige kwaliteitskader, hebben microcredentials die uitgegeven worden binnen de pilot een landelijke herkenning en erkenning. In de vormgeving van de (digitale) certificering zullen we dit landelijke kader daarom nadrukkelijk vermelden.
Op het certificaat van een microcredential staan:
- Naam deelnemer
- Naam instelling
- Naam onderwijseenheid
- Indicatie niveau op basis van NLQF
- Indicatie van de omvang op basis van EC of studiebelastingsuren
- Verworven leeruitkomsten