
Nieuws
‘Voor prestatiebeloning in de landbouw is vertrouwen nodig’
Kritische prestatie-indicatoren (KPI’s) kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de transitie naar kringlooplandbouw op gebiedsniveau. Voorwaarde is dat het vertrouwen in de overheid onder boeren wordt hersteld. Dat stellen drie trainees van WUR in het rapport ‘Perspectieven op prestatiebeloning in kringlooplandbouw’.
Aan de hand van interviews gingen de jonge Wageningse onderzoekers Jessie Beirnaert, Roxane Bradaczek en Eline de Kool na hoe de bij WUR ontwikkelde kernset van KPI’s.
een rol kan spelen bij het realiseren van milieudoelen en kringlooplandbouw. Ze spraken met melkveehouders, provinciemedewerkers, onderzoekers en andere betrokkenen om te bepalen hoe de KPI-systematiek in de praktijk wordt ervaren.
Het KPI-systeem kan een rol spelen in het regeringsbeleid van doelsturing, waarin de duurzame prestaties van boeren worden beoordeeld en beloond. Maar om dit systeem effectief te implementeren, zijn nog verschillende stappen nodig op het gebied van communicatie, financiële ondersteuning en het waarborgen van de bestaanszekerheid van het systeem, stellen de onderzoekers.
‘Uit gesprekken met melkveehouders blijkt dat het vertrouwen in de overheid een cruciale factor is voor de succesvolle implementatie van het KPI-systeem’, stelt onderzoeker Jessie Beirnaert. ‘Dit vertrouwen ontbreekt momenteel grotendeels, wat te wijten is aan onstabiel beleid, een gebrek aan kennis bij de overheid en het ontbreken van een duidelijke visie. De geïnterviewde boeren ervaren het KPI-systeem nu als een extra maatregel waar ze aan moeten voldoen, wat niet stimulerend werkt en wat het vertrouwen verder ondermijnt. Om dit vertrouwen te herstellen, is goede communicatie essentieel. Provincies die korte lijntjes onderhouden met boeren en stap voor stap samenwerken, blijken succesvoller in het opbouwen van vertrouwen dan het ministerie.’
Een ander belangrijk punt is de hoogte van de beloning, stelt Beirnaert. Deze moet voldoende zijn om de kosten van duurzame maatregelen te dekken, maar niet zo hoog dat boeren afhankelijk worden van subsidies. ‘De geïnterviewde boeren willen dat hun hoofdinkomen afkomstig blijft van hun producten, niet van subsidies. Wel zijn volgens de geïnterviewden lange-termijn-garanties (minimaal 10 jaar) nodig om de kosten van omschakeling te vergoeden. Naast vergoedingen zijn goede ondersteuning en kennisdeling cruciaal.’
Ten derde denken de onderzoekers dat samenwerking van de overheid met andere stakeholders van groot belang is. ‘Verschillende partijen, zoals banken, waterschappen, natuurbeheerorganisaties en zuivelverwerkers, kunnen op verschillende manieren bijdragen aan de beloning van KPI-prestaties. Dit hoeft niet altijd een premie of subsidie te zijn; kortingen op waterschapslasten en pachtprijzen en rentekortingen zijn ook mogelijke beloningen.’ Daarbij moet de overheid ervoor waken dat strenge regelgeving in Nederland niet leidt tot een verschuiving van consumenten naar goedkopere, minder duurzame producten uit het buitenland. ‘De markt moet dus ook veranderen om de transitie naar kringlooplandbouw te ondersteunen.’
De onderzoekers hebben ook een advies voor de provincies. Beirnaert: ‘Het is belangrijk dat ze integraal samenwerken aan een KPI-systeem. Het gebeurt nu nog te vaak dat provinciemedewerkers vanuit hun eigen domeinen en eigen belangen om tafel gaan zitten met gebiedspartijen, waardoor goede en effectieve samenwerking wordt belemmerd.’
Het is duidelijk dat het KPI-systeem potentie heeft, maar er is nog veel werk nodig om het effectief te implementeren. ‘Het belangrijkste is om nu al stappen te zetten en tijdens het proces bij te sturen. Daarbij moet de stip op de horizon duidelijk zijn, zodat alle betrokken partijen weten waar ze naartoe werken en waarom.’