Nieuws

Miljoen euro subsidie voor studie ziekteverwekkers in plantaardige producten

article_published_on_label
18 juli 2024

Wageningse onderzoekers hebben één miljoen euro ontvangen via het internationaal platform Plant2Food. Daarmee gaan ze ziekteverwekkende bacteriën in plantaardige producten genetisch karakteriseren en hun groei en gedrag in kaart brengen. Dat moet producenten helpen om schadelijke micro-organismen in die producten te beheersen.

Het onderzoek, genaamd GRASP (Genomic-driven Risk ASsessment of Plant-based foods), richt zich specifiek op de veiligheid van nieuwe, plantaardige producten, waaronder zuivelalternatieven. “We zien een verschuiving in de markt naar zowel hybride als volledig plantaardige producten, zoals plantaardige kaas en melkalternatieven,” zegt Heidy den Besten, hoogleraar Levensmiddelenmicrobiologie. Dat komt door consumentenvoorkeuren en de behoefte van levensmiddelenbedrijven om zowel traditionele als nieuwe productielijnen te ondersteunen.

Onverwoestbare sporen

Maar plantaardige grondstoffen zoals haver, erwten, en amandelen kunnen schadelijke bacteriën bevatten die gifstoffen maken. Zo veroorzaakt de bacterie Bacillus cereus diarree en misselijkheid en de bacterie Clostridium botulinum verlammingsverschijnselen. Die twee bacteriesoorten zijn extra gevaarlijk doordat ze sporen vormen, een soort slapende cel die bestand is tegen extreme omstandigheden zoals hitte en koude. Bij gunstige omstandigheden ontkiemen die sporen en groeit de bacterie verder. Zo overleven ze dus ook pasteurisatie, en komen ze terecht in voedselproducten.

Als we alle subgroepen van een bacteriesoort over één kam scheren, laat hun gedrag zich moeilijk voorspellen
Heidy den Besten, hoogleraar Levensmiddelenmicrobiologie

Subgroepen karakteriseren

Niet alle bacteriën gedragen zich hetzelfde onder extreme omstandigheden. Zelfs binnen een bacteriesoort bestaat variatie. “Sommige subgroepen zijn bijvoorbeeld bestand tegen hitte, terwijl andere juist goed groeien bij lage temperatuur, zoals in de koelkast”, licht Den Besten toe. “Als we alle subgroepen over één kam scheren, laat hun gedrag zich moeilijk voorspellen.” Daarom wil het onderzoeksteam Bacillus cereus en Clostridium botulinum genetisch karakteriseren in subgroepen en hun gedrag bepalen. “Dan kunnen we inschatten welke subgroepen problematisch zijn in specifieke condities en hoe we ze kunnen beheersen.” Het uiteindelijke doel is om een tool te ontwikkelen waarmee producenten hun productieprocessen simuleren om zo de uitgroei van ziekteverwekkers te minimaliseren en de houdbaarheid van het product in te schatten.

Samenwerking

Het project is een samenwerking met verschillende partners, waaronder de Technical University of Denmark (DTU), de Deense Voedsel- en Warenautoriteit, levensmiddelenbedrijven, en bedrijven die productcontroles uitvoeren. Met de subsidie zal Wageningen University & Research, samen met de Deense onderzoekers onder andere een PhD student, een post-doc en twee analisten aanstellen op het project. “De Denen richten zich op de bacterie Clostridium botulinum, terwijl wij Bacillus cereus onderzoeken,” zegt Den Besten.

Plant2Food

Dit onderzoek wordt volledig gefinancierd via Plant2Food, een samenwerkingsverbanddat experts uit de industrie en de academische wereld samenbrengt om transitie naar een duurzaam, plantaardig voedselsysteem te versnellen. Plant2Food heeft daarvoor de komende drie jaar 27 miljoen euro beschikbaar vanuit het Novo Nordisk Foundation, een belangrijke particuliere financier van wetenschappelijk onderzoek in Denemarken.