Nieuws
Europese beurzen van 2,5 miljoen voor WUR-hoogleraren Liesje Mommer en Thijs Ettema
Fundamentele wetenschap in de ecologie en microbiologie aan Wageningen University & Research krijgt een impuls met Europese subsidiegelden. Hoogleraar Ondergrondse ecologie Liesje Mommer en hoogleraar Microbiologie Thijs Ettema ontvangen deze persoonlijke ERC Advanced Grant ter waarde van 2,5 miljoen euro.
Elk jaar komen een aantal gevestigde wetenschappers, die leidend zijn in hun vakgebied en een idee hebben voor een belangrijk en diepgravend onderzoek, in aanmerking voor een ERC Advanced Grant. Twee Wageningse hoogleraren ontvangen dit jaar een beurs van 2,5 miljoen euro die zij in de komende vijf jaar mogen gebruiken. ‘Ik ben ontzettend blij met deze erkenning van jarenlange focus en keihard werken’, vertelt hoogleraar Ondergrondse ecologie Liesje Mommer, die ook het Wageningen Biodiversity Initiative (WBI) leidt. Haar ERC-beurs garandeert dat zij haar fundamentele onderzoek naar ziekte-ecologie bij planten kan voortzetten.
Verspreiding van ziekten in gewassen
‘Ecosystemen met een hoge biodiversiteit zijn minder gevoelig voor ziekten’, zegt Mommer. ‘Dat zou te maken hebben met het hoge aantal soorten, maar die verklaring gaat niet altijd op. We gaan nu uitzoeken welke combinaties van eigenschappen van planten leiden tot een lagere ziektedruk. Ik focus me daarbij op ondergrondse eigenschappen van planten, zoals de dikte van plantenwortels en de aanwezigheid van mycorrhizaschimmels die met de plant samenwerken. Die beschermen de plant misschien ook tegen bepaalde ziektes.’
De komende vijf jaar gaat ze in de kas 80 grasplantensoorten testen, waaronder niet alleen gras zelf, maar ook margrieten, klaprozen en klaver. ‘Dat levert fundamentele kennis op over planten en de verspreiding van ziektes, die van groot belang is voor de landbouw’, vervolgt Mommer. ‘Ik hoop dat ik straks kan uitleggen: als een boer bepaalde gewassen wil telen, dan is het slim om deze andere gewassen erbij te zetten om minder risico op ziektes te hebben. Nu is dat trial and error, maar dan kunnen we het misschien beargumenteren vanuit de mechanismen.’
Ontstaan van complex leven
Thijs Ettema, leerstoelhouder bij het Laboratorium voor Microbiologie, krijgt met zijn ERC-grant de kans om de komende vijf jaar zijn onderzoek naar het ontstaan van complex leven voort te zetten. In 2013 kreeg hij een Starting Grant van ERC gevolgd door een Consolidator Grant en nu door een Advanced Grant. ‘Dit is onderzoek voor de lange termijn. Het is fantastisch dat ik nu de volgende stap kan zetten’, zegt Ettema.
Eerder ontdekte Ettema een groep eencellig organismen (Asgard archaea) die nazaten zijn van het organisme waar al het complexe leven op aarde uit ontstond. Dit organisme nam 2 miljard jaar geleden een bacterie in zich op, die later evolueerde tot een energieproducerend organel, het mitochondrium. Na de ontdekking van de Asgard archaea bracht Ettema de genetische samenstelling van deze groep in kaart.
‘De volgende stap is dat we gaan proberen om deze groep organismen te groeien in het lab om ze beter te kunnen bestuderen’, legt Ettema uit. ‘We hopen dan overeenkomsten te vinden met cellen van eukaryoten, waar wij zelf ook toe behoren, net als alle planten, dieren en schimmels. Dan kunnen we het ontstaan van complex leven beter reconstrueren en begrijpen. Die stap is namelijk cruciaal geweest voor de evolutie van het leven op aarde. De wereld had er heel anders uitgezien als deze stap niet had plaatsgevonden. Veel mensen willen weten hoe het leven is ontstaan zoals we dat nu kennen. Dat blijkt ook uit de Nationale Wetenschapsagenda.’
Gedreven door nieuwsgierigheid
Ettema: ‘Onderzoek puur gedreven door nieuwsgierigheid is ontzettend belangrijk. We lossen hier niet direct problemen mee op, maar praktische uitvindingen komen wel vaak voort uit fundamentele kennis. Denk aan de uitvinding van CRISPR-Cas waarbij WUR-onderzoekers een belangrijke rol hebben gespeeld. Daar is jaren van fundamenteel onderzoek aan vooraf gegaan, maar nu werken onderzoekers over de hele wereld ermee en blijven er nieuwe toepassingen bij komen.’