Nieuws

CGN adviezen voor Drents Heideschaap en Schoonebeeker zijn voortvarend opgepakt door fokkersvereniging

article_published_on_label
9 december 2024

De Nederlandse Fokkersvereniging Het Drents Heideschaap en Schoonebeeker (NFDH) is, op advies van Centrum voor Genetische Bronnen, Nederland (CGN), dit najaar gestart met het inventariseren van raszuivere dieren in de kuddes.

Een actie om meer raszuivere dieren te registreren en (in de toekomst) meer afstammingsgegevens te verzamelen. Voor kleine populaties zijn deze gegevens essentieel om de gezondheid van een ras goed in de gaten te houden, te monitoren.

In overleg met Nederlandse Fokkersvereniging Het Drents Heideschaap en Schoonebeeker (NFDH) heeft het CGN een genetische populatie analyse
uitgevoerd, deze is recentelijk afgerond en gepubliceerd in een rapport. Uit de populatie analyse bleek dat een groot aandeel van de raszuivere dieren niet geregistreerd staat in het huidige stamboek bestand. Daarnaast kwam een licht dalende trend in het aantal ingezette fokdieren naar voren en zo ook een daling in het aantal lammeren dat per jaar werd geregistreerd. Een derde belangrijke indicator voor een gezonde populatie is de verdeling van de ingezette rammen, hieruit bleek een onevenredig groot aandeel van de geboren lammeren van de tien meest gebruikte rammen te komen. Dit zijn tekenen dat zorg geboden is en dat het voor de toekomst van beide rassen van belang is om beleid op te stellen voor het beperken van de inteelttoename per generatie.

Kudde registratie

Uit de genetische populatie analyse van de twee rassen die onder de NFDH vallen, het Drents Heideschaap en Schoonebeeker, kwam naar voren dat een groot aandeel van de raszuivere dieren niet geregistreerd staat in het huidige stamboek bestand. Dat kwam voor de Schoonebeeker neer op 80% en bijna 60% voor het Drents heideschaap. De reden hiervoor is dat de heideschapen zowel bij particuliere schapenhouders als in grote begrazingskuddes worden gehouden.
In de grote kuddes is het moeilijk of zelfs onmogelijk om bij te houden welke ram welke ooi dekt. Daarnaast is het aantal geboren lammeren zo groot, dat ook een handmatige registratie van de juiste moederdieren per lam en de handmatige registratie van elk individueel lam erg veel extra werk met zich meebrengt. Voor
een goede monitoring, het in kaart brengen van de ‘gezondheid’ van een populatie is een goede, betrouwbare en volledige registratie essentieel. Voor beide rassen is dit dus ook van groot belang, want ze hebben beide rassen een zeldzame status, het Drents heideschaap heeft 1.500 en de Schoonebeeker 496 vrouwelijke fokdieren die op de juiste manier (in de hoofdsectie) geregistreerd zijn (Rassenlijst 2024).

Na overleg met het bestuur van de Fokkersvereniging komt naar voren dat de meeste kuddes wel op een of andere manier informatie bijhouden over hun dieren. Echter, als dit niet centraal in het stamboek is terug te vinden, is het ook niet mogelijk om betrouwbare inteelt en verwantschappen binnen de populaties in kaart te brengen. De fokkersvereniging heeft dit gelijk serieus opgepakt en is begonnen aan een actie om bij de grote kuddes van alle dieren de oormerken te scannen zodat ze in het nieuwe registratiesysteem voor het stamboek opgenomen worden. Op termijn wordt zo de volledige populatie, alle raszuivere dieren, in kaart gebracht en zal er in overleg met het CGN gekeken worden naar mogelijkheden om ook de juiste vaderdieren aan de lammeren te koppelen. Hiervoor zal worden gekeken naar mogelijke DNA-analyses.

Trend en verdeling van de fokdieren

Hoewel de inteelt- en verwantschapstoenames met de huidige informatie niet betrouwbaar te berekenen waren, zijn er nog andere belangrijke indicatoren om iets over gezondheid van een populatie te zeggen. Het CGN onderzocht hoe de trends in aantal geboren lammeren, de inzet en verdeling van dekrammen en het generatie interval zijn verlopen in de laatste decennia. De resultaten tonen een licht dalende trend in het aantal fokdieren en het aantal lammeren per jaar en dat een onevenredig groot aandeel van alle lammeren komt van de tien meest gebruikte rammen. Het is daarom aan te raden om beleid te hanteren om de inteelttoename per generatie in te perken.

Advies voor de toekomst

Om de inteelttoename per generatie te beperken zijn verschillende
vormen van beleid mogelijk. Met behulp van computer simulaties zijn
verschillende maatregelen vergeleken. Belangrijke evaluatie was of de huidige
dekbeperking (max. 25 ooien per jaar en max. 100 ooien in het leven van een
goedgekeurde ram) passend is voor de situatie op dit moment, en of een
rammencirkel van toegevoegde waarde zou zijn (bekijk deze opname voor meer informatie over een fokcirkel). Deze simulaties toonden aan dat, door een combinatie van maatregelen, zoals het handhaven van de dekbeperking, een gelijkmatigere spreiding van de dekkingen per ram en in de toekomst mogelijk het selecteren op lage gemiddelde verwantschappen (mean kinships), de inteelttoename beperkt kan worden tot een veilig niveau.