Nieuws
COVID-19 geconstateerd op diverse nertsenbedrijven
Sinds 23 april zijn bij 69 Nederlandse nertsenbedrijven besmettingen van COVID-19 bij nertsen geconstateerd. Uit onderzoek blijkt dat nertsen het virus aan elkaar hebben overgedragen. Verder is het aannemelijk dat er besmettingen hebben plaatsgevonden van nerts op mens. Sinds dat bekend werd, is een verplichte screening van alle Nederlandse nertsenbedrijven ingesteld. Met COVID-19 besmette nertsenbedrijven worden geruimd en er geldt een verplichte stoppersregeling voor alle nertsenbedrijven in Nederland vanaf begin 2021.
Stoppersregeling nertsenbedrijven
Het Outbreak Management Team Zoönosen (OMT-Z), waar Wageningen Bioveterinary Research (WBVR) ook zitting in heeft, heeft op verzoek van minister Schouten (LNV) en minister De Jonge (VWS) opnieuw gekeken naar de situatie op nertsenbedrijven. Het OMT-Z stelt dat, ondanks het beperkte risico voor de volksgezondheid op dit moment, het gewenst is om verspreiding van het virus binnen de nertsenhouderij te stoppen. Op basis van de uitgevoerde onderzoeken heeft het kabinet besloten om een verplichte stoppersregeling in te voeren voor alle nertsenbedrijven in Nederland begin 2021. Besmette bedrijven worden geruimd en op alle andere nertsenbedrijven wordt een nog meer verscherpte controle ingesteld, zodat eventuele nieuwe besmettingen snel ontdekt worden. Er gelden voor alle nertsenbedrijven strenge voorzorgsmaatregelen om verspreiding van het virus te voorkomen. Dit staat in een Kamerbrief van 28 augustus.
Er is wetgeving in voorbereiding waarmee de nertsenhouderij vervroegd wordt beëindigd. Streven is dat deze wetgeving begin 2021 in werking treedt. Dit staat in een Kamerbrief van 11 november.
Besmette nertsenbedrijven ruimen
In een Kamerbrief van 3 juni maken minister De Jonge en minister Schouten bekend dat de met COVID-19 besmette nertsenbedrijven vanaf 5 juni geruimd worden. Dit besluit namen de ministers op basis van het advies van het Outbreak Management Team Zoönosen (OMT-Z) en van het Bestuurlijk Afstemmingsoverleg Zoönosen (BAO-Z). Uit het advies blijkt dat het virus langdurig kan blijven circuleren op nertsenbedrijven en daarmee een risico kan vormen voor de volksgezondheid en de diergezondheid.
Aantal besmette bedrijven
Ondanks alle getroffen maatregelen om introductie van het virus op bedrijven te voorkómen, zijn de afgelopen weken toch weer nieuwe besmettingen gevonden. Het gaat inmiddels om 68 besmette bedrijven.
Risicobeoordeling 20 juli
In een Kamerbrief van 20 juli staat dat het OMT-Z adviseert om bestaande maatregelen verder aan te scherpen voor personen die contact hebben met nertsen. Als na half augustus nog steeds nieuwe besmettingen worden vastgesteld is het advies om alle nertsenbedrijven preventief te ruimen, om te voorkomen dat de bedrijven als virusreservoir gaan dienen. De ministers nemen hierover in augustus een besluit.
Virus tussen nertsen overgedragen
De nertsen vertoonden diverse ziekteverschijnselen waaronder ademhalingsproblemen en er was sprake van verhoogde sterfte. Uit eerder onderzoek blijkt dat fretachtigen, en daarmee ook nertsen, gevoelig zijn voor besmetting met COVID-19. Bij sectie op de dieren werd longontsteking gezien en in organen en keelswabs werd SARS-CoV-2 aangetoond. Op basis van de variaties in de genetische codes van het virus kon worden geconcludeerd dat nertsen op de bedrijven het virus aan elkaar hebben overgedragen.
Waarschijnlijk besmetting van dier op mens
Minister Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) meldt in een Kamerbrief van 19 mei en 25 mei dat het aannemelijk is dat er besmettingen met het coronavirus hebben plaatsgevonden van nerts op mens.
Nader onderzoek bij het toenemend aantal besmette nertsenbedrijven heeft uitgewezen dat veel van de onderzochte medewerkers geïnfecteerd waren met coronavirus (meer dan 50 procent). Van een deel van deze medewerkers kon op basis van de genetische bouwstenen van het virus vastgesteld worden dat dit virus gelijkenis vertoonde met het virus dat bij de nertsen op het bedrijf circuleerde. Op basis daarvan kan geconcludeerd worden dat veel van deze mensen zeer waarschijnlijk direct of indirect besmet zijn door de nertsen.
Maatregelen voor nertsenbedrijven
De minister heeft extra maatregelen afgekondigd voor nertsenhouderijen. Alle bedrijven worden gescreend en er geldt een bezoekverbod voor in de stallen. Er geldt een meldplicht en medewerkers moeten beschermende kleding dragen. Ook is in Nederland een verbod ingesteld op het vervoeren van nertsen en de mest van de dieren. Op 10 juli werd de regeling aangepast; mest van besmette bedrijven mag worden afgevoerd naar biogasinstallaties waar deze tot minstens 70˚C wordt verhit. Het bestaande hygiëneprotocol is inmiddels aangescherpt, waarbij ook aandacht is voor het testen van medewerkers.
Screening ingesteld
Sinds de verplichte screening bij nertsenboerderijen in Nederland is ingesteld vanaf 25 mei, zijn op meerdere bedrijven COVID-19 besmettingen gevonden onder nertsen. Dit meldde minister Schouten vanaf 1 juni in diverse Kamerbrieven en nieuwsberichten.
Snelle opsporing van nieuwe besmettingen
Wageningen Bioveterinary Research is betrokken bij het early warning programma (wekelijks inzenden van natuurlijk gestorven dieren). Hiermee kunnen in de komende periode mogelijk nieuwe verdachte en besmette bedrijven worden gevonden. De ELISA-test (serologisch), die wordt gebruikt voor de screening van alle nertsenbedrijven in Nederland, is inmiddels klaar voor gebruik. Bloedmonsters van bedrijven die positief worden getest in de ELISA-test worden naar WBVR gestuurd voor confirmatie.
Virus in stofdeeltjes in de stallen
In stofdeeltjes in de stallen werd virus RNA aangetoond wat er op wijst dat mensen in de stallen met geïnfecteerde nertsen blootgesteld kunnen worden coronavirus.
Geen virus in de luchtmonsters buiten de stal
In de Kamerbrief van 8 mei van minister Schouten aan de Tweede Kamer staat dat uit de eerste resultaten van het onderzoek blijkt dat er geen virus in de luchtmonsters buiten de stal is aangetroffen. Het RIVM geeft aan dat het risico op blootstelling van mensen aan het virus buiten de stal verwaarloosbaar is.
Voorzorgsmaatregel omgeving vervalt
In de tweede bemonsteringsreeks is het virus niet meer binnen of buiten de stal gevonden in de stofdeeltjes in de lucht. Dat laat minister Schouten weten in de Kamerbrief van 15 mei. Het eerdere RIVM-advies om uit voorzorg niet te wandelen of fietsen in een 400 meter zone rondom een besmet nertsenbedrijf is daarom ingetrokken.
Onderzoek bij katten en honden op de besmette nertsenbedrijven
Bij het onderzoek op de nertsenbedrijven zijn katten en honden van de besmette bedrijfslocaties getest op infecties met het coronavirus.
- Alleen op de eerste zes bedrijven werden bij katten infecties aangetoond op basis van virusdetectie of detectie van antistoffen tegen COVID-19, wat betekent dat de katten besmet zijn geweest.
- Er zijn minstens elf honden onderzocht op COVID-19 besmetting, maar bij geen van deze honden is een COVID-19 besmetting gevonden. Honden kunnen daarom uitgesloten worden als overbrengers van het virus.
De rol van katten bij de verspreiding van het coronavirus lijkt niet erg waarschijnlijk. Maar gezien de vele huishoudens waarin een kat voorkomt in Nederland is het belangrijk om de rol van katten bij potentiele virusoverdracht van deze luchtweginfectie verder te onderzoeken.
In dit kader wordt onderzoek naar onder andere (virus)transmissie bij katten uitgevoerd door het samenwerkingsverband Netherlands Centre for One Health. Daarin zijn verenigd: Faculteit Diergeneeskunde van Universiteit Utrecht, Wageningen University & Research, Erasmus MC Rotterdam en onderzoekscentra in de humane gezondheidszorg.