Tellen, meten, en wegen II

Op de exacte resultaten is het nog even wachten omdat de leeftijden nog bepaald en de gegevens nog gecontroleerd moeten worden. De laatste twee weken van de survey was het weer slecht en moest de planning regelmatig aangepast worden. Toch zijn we er gezien de omstandigheden goed in geslaagd om een zo groot mogelijk gebied te bemonsteren.

Als eerste een compleet overzicht van de locaties waar we hebben gevist (foto 1) en de watertemperatuur dichtbij de bodem (foto 2).

In de afgelopen vier weken (74 trekken) hebben we in totaal 87738 vissen gevangen, verdeeld over 56 soorten. Van die 87738 vissen zijn er 30856 gemeten.

In totaal zijn er 157 verschillende soorten benthos aangetroffen en daarnaast eieren van twee vissoorten en vier soorten slakken. Het aantal exemplaren van het benthos dat is geteld bedraagt 26731, het totale aantal gevangen exemplaren is 465954.

Van 3153 vissen zijn otolieten verzameld.

Er is één soort op alle stations aangetroffen (Heremietkreeft [P. bernardus]) en 50 soorten die slechts op één station zijn gevangen. De grootste vis was 77 cm (Heek Merluccius merluccius), de kleinste 3 cm (Dwergtong [Buglossidium luteum] en Grondel [Pomatoschistus sp.]).