Publications

Bestandsoverzicht van snoekbaars, baars, blankvoorn en brasem : In het IJsselmeer/Markermeer, 2023

Volwater, J.J.J.; School, J.J.M.; van Rijssel, Jacco

Summary

De visserij op snoekbaars, baars, blankvoorn en brasem in het IJssel-/Markermeer is sinds visseizoen 2014/2015 gereduceerd om verdere achteruitgang in de bestanden een halt toe te roepen. Sindsdien werkt het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aan een verdere verduurzaming van deze visserij. In 2019 is hiervoor het Actieplan toekomstbestendig visserijbeheer IJsselmeergebied opgesteld met een looptijd tot eind 2025. Hierin zijn verdere stappen voorzien om visserijdruk op schubvis en bestanden met elkaar in evenwicht te brengen. In het visseizoen 2021/2022 is hierbij het toegestane aantal zegendagen gereduceerd tot 2 dagen per vergunning om een verdere achteruitgang van het brasembestand te voorkomen. In het Actieplan wordt gewerkt met lange termijn doelstellingen voor de visstand, waarbij per vissoort een oogst wordt opgesteld. In 2023 heeft het ministerie WMR gevraagd om middels een beheerstrategieëvaluatie nieuwe oogstregels op te stellen. Hiermee kan jaarlijks de maximale vangst voor het aankomende visseizoen (vangstadvies) worden vastgesteld op basis van de meest recente ontwikkelingen in het bestand en/of commerciële vangsten.. De gekozen oogstregels sturen erop dat de volgende beleidsdoelen gehaald worden in 2035-2040: (i) de visserijdruk op en/of de omvang van een visbestand voldoet aan het MSY-principe; de hoogst mogelijke visserijopbrengst die duurzaam over vele jaren gehaald kan worden (‘maximum sustainable yield’, MSY), (ii) het bestand voldoet aan het voorzorgsprincipe, (iii) er is meer grote vis in het bestand (vanuit de KRW-regelgeving) en (iv) er is voldoende vis, van het juiste formaat, beschikbaar als voedsel voor de streefaantallen vogels (vanuit de N2000-wetgeving). De hoofdvraag van dit rapport is hoe de bestanden zich sinds de beheeraanpassingen in 2014 ontwikkelen. Ook vraagt het ministerie WMR vangstadvies voor visseizoen 2024/2025 te geven op basis van de gekozen oogstregels. De paaibiomassa van snoekbaars neemt consistent en sterk toe sinds het nieuwe beheer. In 2020 en 2021 zijn de hoogste paaibiomassa’s aangetroffen sinds 2002 en in 2023 zelfs de hoogste sinds 1992. De sterke toename in het paaibestand is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de ontwikkelingen van snoekbaars in het Markermeer, maar ook in het IJsselmeer worden over het algemeen hogere waardes voor het paaibestand waargenomen sinds 2015 dan in de jaren ervoor. De aanwas van 0-jarige snoekbaars was in 2017 zeer hoog, maar in de andere jaren sinds 2015 relatief laag met een dieptepunt in 2021. In 2022 en 2023 zijn, daarentegen, weer relatief hoge waardes aangetroffen. Baars toont geen consistente tekenen van verbetering: zowel het juveniele als het paaibestand is niet verbeterd sinds het nieuwe beheer, alhoewel het juveniele bestand in 2022 veruit het grootst is sinds het begin van de tijdserie. Deze hoge indexwaarde is volledig toe te schrijven aan de ontwikkelingen van het juveniele bestand in het IJsselmeer. Deze hoge aanwas heeft weer geresulteerd in een hoge paaibiomassa in 2023. De indexwaardes van het paaibestand voor het IJssel- en Markermeer liggen dicht bij elkaar en zijn de laatste jaren stabiel maar zijn dus, op 2017 en 2023 na, niet hoger dan voor de invoering van het nieuwe beheer in visseizoen 2014/2015. Van blankvoorn is de paaibestandsomvang consistent achteruitgegaan tot in 2016, maar lijkt in 2017-2023 zowel in het Markermeer als in het IJsselmeer iets te verbeteren ten opzichte van 2013-2014. De juveniele bestanden in beide meren laten geen verbetering zien sinds het nieuwe beheer en er zijn sindsdien geen jaren met sterke aanwas van 0-jarige blankvoorn. In 2017 en 2021 was de aanwas zelfs zeer laag. De achteruitgang van zowel het juveniele als het paaibestand van brasem tot 2007 kent een vergelijkbaar verloop in het IJssel- en Markermeer en sinds 2006 wordt er weinig paairijpe brasem gevangen, met het dieptepunt in 2014 en 2015. Na dit dieptepunt zijn er tekenen van verbeteringen en in 2023 werd de hoogste indexwaarde sinds 2006 waargenomen. Het juveniele bestand laat een vergelijkbare trend zien, na het dieptepunt is de surveyindex in de periode 2016-2020 stabiel laag. In 2021 en 2022 worden weer iets hogere waardes aangetroffen en in 2023 is er een relatief hoog juveniel bestand. Deze toename is veroorzaakt door een sterke stijging van 0-jarige brasem, de hoogste aanwas sinds het begin van de monitoring in 1992. De stijging in 2023 is met name toe te schrijven aan de ontwikkelingen van brasem in het IJsselmeer. Ondanks recente positieve ontwikkelingen zijn het juveniele en paaibestand van brasem nog niet structureel toegenomen.